Ethologie
Ethologie is de studie van diergedrag. Gedrag varieert van eten tot paren en van slapen tot samenwerken. Gedrag bepaalt de interactie van een individu met zijn omgeving en vormt daarmee de schakel tussen de processen binnen het individu en de buitenwereld.
Gedrag van dieren, en dus ook van apen, wordt bestudeerd vanuit de vier vragen van Nico Tinbergen. Deze omvatten de vier manieren waarop biologische processen bestudeerd kunnen worden: vanuit fitness-waarde (functie), evolutionaire geschiedenis (evolutie), op welke manier het gedrag tot stand komt (mechanisme) en de ontwikkeling van gedrag van het individu (ontogenie). Op deze vier manieren bestuderen wij het sociaal gedrag en de sociale intelligentie van apen.

Hoe apen zich gedragen
Alle dag-actieve apen leven in groepen met een grote diversiteit aan individuen: jong en oud, familie en niet-verwanten en vrouwtjes en mannetjes. Het zijn dan ook bij uitstek sociale dieren die een grote variatie vertonen in hun sociaal gedrag; gedrag gericht op anderen. Ze kunnen agressief zijn, maar ook vriendelijk. Ze maken bijvoorbeeld ruzies, maar maken die ook weer goed (verzoening). Verder herkennen apen groepsgenoten én dieren van andere groepen en onderhouden ze verschillende sociale relaties: van vriendschappelijk tot neutraal, of zelfs vijandig. De mogelijkheid tot sociale interacties worden gezien als een cruciale welzijnscomponent voor apen.
Sociale capaciteiten en intelligentie
Hoe evolueert en ontwikkelt het sociale gedrag van de apen zich? En hoe vergelijkbaar is dit met gedrag van de mens? De evolutie en de mechanismen van sociaal gedrag zijn centrale thema’s in ons ethologisch onderzoek. De belangen tussen individuen kunnen tegenstrijdig zijn: soortgenoten zijn zowel potentiële concurrenten als potentiële partners. Wie moet je te vriend houden en wie is je concurrent? Het vergt goede sociale capaciteiten om dat in te kunnen schatten en dit is de basis van de intelligentie van apen. En daarmee ook van de intelligentie van de mens.
Wat wij onderzoeken
Deze sociale selectiedruk heeft vermoedelijk een belangrijke rol gespeeld in de evolutie van de intelligentie van apen. Duidelijk is dat de uiting van sociaal gedrag van apen afhangt van de eigenschappen van een dier, zijn positie in de groep, zijn intelligentie én de belangen van de ander. Het onderzoek van BPRC kijkt hoe apen zich in een groep gedragen en welke factoren hierbij een rol spelen. De apen leven in naturalistische groepen, welke de sociale dynamiek van wilde groepen nabootsen. De onderzoeksresultaten hebben bijgedragen aan het ontwerp van de huidige sociale huisvesting van apen bij BPRC en levert nog altijd een bijdrage aan het verbeteren en monitoren van de huisvestingscondities. Vanzelfsprekend ervaren de dieren geen ongerief.