Op weg naar een proefdiervrije veiligheidscontrole van het in het Rijksvaccinatieprogramma gebruikte (acellulaire) kinkhoestvaccin

19 Nov 2021 | Terug naar Nieuws, publicaties en jaarverslagen
Dutch

Image

 

Om de veiligheid van kinkhoestvaccins te waarborgen worden nu nog dierproeven uitgevoerd.  Het meest bekende proefdiervrije alternatief wordt alleen in Europa geaccepteerd door de regelgevende instanties, buiten Europa echter niet. Onderzoekers van BPRC werkten samen met Intravacc om de acceptatie van deze proefdiervrije methode te vergemakkelijken. Hierdoor zijn in de toekomst mogelijk geen dierproeven meer nodig voor de veiligheidscontrole van het acellulaire kinkhoestvaccin.

Kinkhoest is een luchtweginfectie die wordt veroorzaakt door de bacterie Bordetella pertussis. Infectie met deze bacterie leidt tot ernstige hoestbuien die langduring aan kunnen houden. Met name voor jonge kinderen en baby's kan dit ernstige gevolgen hebben en soms zelfs dodelijk zijn.

Kinkhoestvaccin

Kinkhoest is te voorkomen met vaccinatie. Er zijn twee type kinkhoestvaccins, het ene bestaat uit complete afgedode bacteriën, het andere alleen uit onderdelen van de bacterie. Dit laatste vaccin, het acellulaire kinkhoest vaccin, is onderdeel van het in Nederland bekende DaKTP-vaccin. In het Rijksvaccinatieprogramma krijgen baby’s dit vaccin drie keer, als ze 3 maanden, 5 maanden en 11 maanden oud zijn. Daarnaast krijgen zwangere vrouwen sinds een aantal jaar met 22 weken een kinkhoestvaccinatie; hiermee beschermen zij zichzelf en hun baby tegen kinkhoest.

Batch-testing

Het in het Rijksvaccinatieprogramma gebruikte kinkhoestvaccin bevat onder andere de geïnactiveerde vorm van één van de gifstoffen van de bacterie, het zogenaamde pertussis toxine. Tijdens het productieproces bestaat de kleine kans dat er een minimale hoeveelheid actief pertussis toxine in het vaccin terechtkomt. Iedere nieuwe batch wordt daarom op de aanwezigheid van pertussis toxine getest door middel van de zogenaamde ‘histamine gevoeligheidstest’. Hierbij krijgen muizen een kleine hoeveelheid vaccin ingespoten gevolgd door een injectie met histamine. Als het vaccin nog sporen pertussis toxine bevatte gaan de muizen dood. Om ethische, standaardisatie en wetenschappelijke redenen zijn verschillende proefdiervrije testmethoden ontwikkeld die deze test in muizen zouden kunnen vervangen.

Proefdiervrij alternatief

Eén van deze methoden, is de CHO clustering test. Normaal gesproken groeit de CHO-cellijn evenredig verdeeld over de bodem van een kweekschaaltje. Wanneer ze worden blootgesteld aan pertusis toxine gaan deze cellen gegroepeerd groeien (clustering). Onder een microscoop is dit verschil goed te zien. Het probleem is echter dat handmatig uitlezen subjectief is en veel tijd kost. Deze beperkingen zorgen ervoor dat de test nog niet optimaal wordt ingezet.

Automatiseren voor betrouwbaar resultaat

Om de acceptatie van de CHO clustering test te bespoedigen, zochten onderzoekers van het BPRC samen met onderzoekers van Intravacc uit Utrecht, naar een manier om het uitlezen van de proefdiervrije methode te automatiseren. Vele verschillende uitlees manieren werden daarvoor met elkaar vergeleken. De optie waarbij de afstanden tussen naast elkaar liggende celkernen werd gemeten bleek het meest betrouwbaar. Deze methode was niet alleen reproduceerbaar maar is minimaal even gevoelig als de originele handmatige uitleesmethode.

Een proefdiervrij alternatief ontwikkelen is één ding, het alternatief mondiaal geaccepteerd krijgen door de regelgevende instanties is een tweede. Het computerscript van deze methode is voor de wereldwijde onderzoeksgemeenschap openbaar beschikbaar gemaakt middels een ‘open access’ publicatie in het zeer goed aangeschreven alternatieven tijdschrift ALTEX. Hierdoor kan het door meerdere onderzoeksgroepen gevalideerd worden en bijdragen aan een toekomst met een proefdiervrije veiligheidscontrole van acellulaire kinkhoestvaccins.

Meer lezen? Dat kan hier.