“We weten nog zo weinig over dementie”

14 Mar 2019 | Terug naar Nieuws, publicaties en jaarverslagen
Dutch

Minister van Volksgezondheid, Hugo de Jonge, kondigde vorige maand aan extra geld vrij te willen maken voor onderzoek naar dementie. Het huidige bedrag (48 miljoen euro) dat tot 2020 is uitgetrokken voor de strijd tegen dementie, wil hij verdubbelen. De minister ziet de noodzaak om betere behandelingen te ontwikkelen. “Het is hard op weg om volksziekte nummer één te worden”, zei hij in dit televisieprogramma.

Ingrid Philippens, onderzoeker neurodegeneratieve aandoeningen (Parkinson en Alzheimer) bij BPRC, bevestigt dit voornemen van de minister dat de maatschappij zich bewust is van de ernst van dit soort ziektes. “We weten natuurlijk nog niet waar dat geld naartoe gaat, maar de overheid ziet in elk geval in hoe groot het probleem is. En dat is het ook. Niet alleen voor de mensen zelf, maar voor de hele omgeving.”

“Het is nooit alleen Alzheimer”

Eerder benadrukte Ingrid in dit artikel dat mensen nooit alleen maar Alzheimer hebben. “Vaak krijg je deze ziekte op oudere leeftijd en die mensen hebben vaak een hele geschiedenis achter de rug, met allerlei aandoeningen. Veel ziektes die iemand heeft gehad of nog steeds heeft, kunnen een rol spelen. Zo is bijvoorbeeld aangetoond dat diabetes de kans op Alzheimer vergroot. Dus we praten vaak over Alzheimer, op basis van de symptomen en het klinische beeld op het einde."

“We weten nog heel weinig over de echte oorzaak”

Ingrid legt uit waarom het belangrijk is dat er zoveel mogelijk geld naar biomedisch onderzoek gaat. “Omdat we gewoon nog heel weinig weten over de echte oorzaak. En als je niet weet waardoor het ontstaat, kun je alleen maar symptomen onderdrukken. Dan kun je het niet echt aanpakken en het tijdens een vroegtijdig stadium voorkomen. Daarom is meer kennis nodig. Bij mensen die de diagnose dementie krijgen, is het proces al jarenlang gaande. De fase van de oorzaak achterhalen, ben je allang voorbij.”

Juist omdat we nu nog zo weinig weten, is verder onderzoek cruciaal. “Er zijn nog hele grote stappen te maken”, zegt Ingrid. “We volgen nu een bepaalde onderzoeksrichting die iedereen volgt en misschien blijkt later dat we de verkeerde kant opkijken. Maar dat hoort ook bij onderzoek. Het is nooit weggegooid geld. Elk stapje is er één.”